Meer uitgegeven dan ik van plan was. (en daar geen spijt van)
Samen met Echtgenoot Yep was ik een dagje naar een saunacomplex. Heerlijk! Ik hou niet zo van massages en schoonheidsbehandelingen, maar ik liet wél mijn voeten eens uitgebreid verzorgen. De pedicure (raar woord, pedicure… moeten we eens iets beters voor bedenken) gebruikte een erg prettige scrubcrème en vertelde desgevraagd dat die te koop was bij de receptie. Bij het afrekenen vroeg ik er dus om. De receptioniste wist niet precies welke crème ik bedoelde, belde met de vraag naar de salon, waarvandaan onmiddellijk een dame kwam rennen met een arm vol verschillende potten en tubes. Na enig zoekwerk vonden we de juiste. Die bleek best veel te kosten. Slik. Maar ik heb het na alle behulpzaamheid natuurlijk wel aangeschaft.
Bij het breien twijfelde ik al of het wel geschikte wol was voor een babytruitje. Het leek me misschien toch wat te prikkerig. Maar ik heb van hetzelfde materiaal twee vesten voor mijzelf gebreid en die zijn prima. Toch bleef ik twijfelen, ik dacht dat het misschien na een rondje in de wasmachine wel zachter zou aanvoelen. Ik was mijn twee vesten tenslotte ook gewoon in de machine. En toen gebeurde er dit. Wat de …? Wat ongelooflijk dom. Ik brei tenslotte ook pas 46 jaar.
28 september 2014: Drie vierkantjes Zoals elke breier heb ik enorme hoeveelheden restjes garen, die natuurlijk niet weggegooid mogen worden. Een doos met een inhoud van tien liter bevat alléén de restjes sokkengaren. Ik ben niet de enige met dit “probleem”, er staan aardig wat ideeën voor zogenaamde “sockyarn blankets” op Ravelry. Ze zijn eigenlijk altijd samengesteld uit kleine gebreide lapjes, maar de meeste vind ik niet zo mooi. Deze vind ik wel aardig en van deze heb ik vandaag een paar proefjes gebreid. Ze zijn wél klein, zes bij zes centimeter. Als ik hier aan ga beginnen maak ik ze dubbel zo groot. Ik ben een beetje bang dat ik er heel verschrikkelijk genoeg van ga krijgen lang voor het project voltooid is… Ik laat het idee nog even marineren.
Witte uien gepeld en gesneden. Er zijn tientallen adviezen hoe te voorkomen dat je huilt bij het snijden van uien. Adem alléén door de mond, adem juist door de neus, draag een bril , draag juist géén bril. Ingewikkelder: Hou een kurk tussen je tanden, houd een stukje brood in je mond, snijd de uien onder water. (Vooral de laatste lijkt me bijzonder lastig). Volgens mij werken ze geen van allen, of misschien die met dat water wel. Ik probeer meestal maar zo te snijden dat er zo min mogelijk snijvlak aan de lucht wordt blootgesteld. En verder huil ik, en grap ik maar iets over empathie met mijn voedsel, of over Bas Jan Ader.
Nu blijkt dat witte uien niet bewaarbaar zijn. Bij alle andere uien drogen de buitenste twee, drie rokken op en vormen de schil, maar bij witte uien droogt laag na laag in, na een maand of drie zijn ze onbruikbaar. Ik heb bijna alle witte uien uit onze oogst dus in één avond tot uiensoep verwerkt. Wat een tranendal.
Vanmorgen vóór het ontbijt kadootjes: een paar wijnglazen, een broodtrommel en een fietsbel. De daarbij horende fiets moet hij zelf uitzoeken, voor een man van bijna 2 meter is alleen de maatvoering al een kwestie. Na werktijd heb ik het koken van een feestmaal uitbesteed aan de chef van restaurant AMuZ, morgenavond geeft Yep een klein feestje. Ik hoop nog veel verjaardagen met hem te vieren!
25 september 2014: Alweer een babyvestje Een lange trein- en busreis is altijd goed voor vorderingen aan het breiwerk van het moment. Ooit vond het wat gênant om te gaan breien in trein of bus (ja echt!) maar dat is echt wel over, ik krijg zelden reacties. Je ziet tenslotte wel raardere dingen. Gisteren wees een bejaarde heer zijn reisgezelschap op mij “Kijk! zij zit te breien!” en vertelde vervolgens -aan hen- over zijn moeder die dat ook zo graag deed. Dat was wat ongemakkelijk. Ondertussen groeide dit vestje van twee verschillende resten sokkenwol, vandaag hechtte ik de laatste steken af. Zo net van de naald ziet het er altijd wat rommelig uit… Het moet eerst geblockt worden, daarna krijgt het knoopjes en wordt het nog een beetje opgeleukt.
23 september 2014: Via Utrecht naar het Aviodrome en terug
Voor de introductie van een nieuw product waren mijn collega’s en ik uitgenodigd in het Aviodrome. Niet naast de deur, er was een bus gehuurd om alle Zeeuwen van het bedrijf naar Lelystad te vervoeren. Omdat ik vrij was besloot ik vroeg in de middag met de trein naar Utrecht te gaan, aldaar te lunchen met achternicht-in-de-dertiende-graad Henriette. Zo gezegd zo gedaan, dat was erg gezellig. Daarna wilde ik met de trein naar Harderwijk en dan met de bus naar het feest, maar daar ging het mis. Een gemiste trein, de volgende trein kwam net te laat op station Lelystad om de gewenste bus te halen (die een uurdienst had) en dus kostte het me een taxi ook nog. Toen ik mijn beklag deed over mijn barre tocht zei een collega: Maar we hebben twéé winkels in Utrecht. Je had makkelijk met ons mee kunnen rijden. Goed. De fusie is al maanden een feit, ik ben er kennelijk nog steeds niet aan gewend.
De reis terug naar het zuiden was eeeh… bijzonder. Door een misverstand (hier zie je hoe belangrijk goed spraakverstaan is) was voor ons de “discobus” ingezet. Een gelede bus die normaliter gebruikt wordt om de “stapjeugd” naar de discotheken en terug te brengen. Vandalismebestendig, ietwat riekend en volledig comfortloos ingericht, maar wél met discolampen en een enorme geluidsinstallatie waaruit de hele rit muziek klonk op een volume waarmee wij allen wel eens onze eigen klant zouden kunnen worden. Het kon niet uitgezet worden, de lampen en de herrie. Maar goed. Het nieuwe product is iets héél bijzonders!
Vorige week volgde ik een vijfdaagse sapkuur. Ik at niet, ik dronk alléén sap -waarmee ik genoeg voedingsstoffen binnen kreeg om geen vreselijke honger te hebben- en soms wat groentebouillon en kruidenthee. Hoe gezond zoiets is kun je over discussiëren, ik denk dat ik wel ongezondere dingen heb gedaan in mijn leven. Ik voel me prima, ben een paar kilo kwijt en heb diverse eetgewoonten in die vijf dagen grondig heroverwogen. Wat me nog het meeste verbaasde was de grote hoeveelheid eet-impulsen op een gemiddelde dag. Er níet aan toegeven maakte natuurlijk dat het me juist opviel. Na afloop van de kuur stofte ik mijn slow juicer eens goed af; vooral ‘s morgens vroeg beviel zo’n vers sapje me erg goed! Dat ga ik voortzetten. Een mix van winterwortel en appel met wat citroensap bijvoorbeeld is prettig wakker worden.
21 september 2014: De jaarlijkse amandeloogst. Er was een paar dagen niets dat ik maakte. Dat wilde ik graag goedmaken door vandaag eens echt uit te pakken over de amandelen.
En hierna ging het een beetje mis. Deze net ontbolsterde noten moeten eerst een tijdje drogen voor ik ze kraken kan zónder dat de inhoud stuk gaat. Het kraken is namelijk geen kinderachtig klusje: Ik leg een noot op een tegel op de werkbank, geef er een gedecideerde, maar niet te harde klap op met een hamer, herhaal dat een keer of wat en zoek daarna de amandelen tussen de scherven uit. Het doseren van de klap is de kunst, na wat oefening kan ik -en Echtgenoot Yep ook- het vrij accuraat en redelijk snel. Zo elke dag een minuut of tien nootjes stuktimmeren in de schuur levert al gauw een hele hoeveelheid op. Maar hoe voorzichtig je ook tikt, echt verse amandelen breken gewoon altijd. Ik dacht u een beetje te bedotten, bloglezer, door voort te gaan met de amandelen die er nog lagen van vorig jaar. Helaas. Uit alle noten die ik stuksloeg kwam een sneu verschrompeld velletje. De volgende twee foto’s zijn dan ook van het Internet gepikt, u moet me maar geloven dat het er bij mij precies zo uitziet over een week of twee.
Het is dus een hele onderneming: Bolsters rapen, noten ontbolsteren, drogen, noten kraken, noten ontvliezen, drogen. Vorig jaar maakten we een paar ons amandelspijs (en lieten de rest van de noten staan tot ik ze vanmiddag teleurgesteld in de groenbak kiepte) Dat amandelspijs was héél erg lekker. Maar ik denk dat ik dit jaar de amandelen en ook de hazelnoten stukje bij beetje ga verwerken in de muesli. Die hazelnoten zijn een stuk makkelijker: Oprapen, kraken met een gewone notenkraker. Helaas weet ik van hazelnoten geen eenvoudige manier om de bruine vliesjes van de noot te krijgen.
Ik werkte niet vandaag, ik had me voorgenomen eens een dag echt zo min mogelijk te doen. Ik sliep wat, ik ging uitgebreid douchen. Ik aaide Minoes en praatte tegen de kippen. Om zeven uur ging ik weer gewoon doen: Eerst naar fysiotherapie, daarna heel gezellig naar Dames&draadjes.