Naar het museum

Met kleindochter K. en haar ouders mocht ik mee naar het Nijntje museum. Dat is geen museum over de ontstaansgeschiedenis of invloed op de hedendaagse kunst van het wereldberoemde konijnenmeisje. Het is een museum specifiek voor peuters. Er zijn eindeloos veel dingen om mee te spelen, alles is op kinderhoogte en -formaat. Heel verstandig moet er een tijdslot worden gereserveerd als je er naartoe wilt, zodat het niet te druk wordt.

Kleindochter K heeft het lopen nog maar net onder de knie, en kiest nog vaak voor kruipen als ze ergens heen wil. Door het deurbeleid van het museum was daar ook alle ruimte voor. Ze plakte magnetische Nijntjes op een bord, ze reed een locomotief met Fred-Flintstone aandrijving, ze kroop door tunneltjes en stopte zachte blokken in bijbehorende gaten. Ze heeft zich kostelijk vermaakt! En wij dus ook.

Een slaapzak voor een bibliotheek

Ik kocht een e-reader. Misschien was ik wat laat op het feestje, ik hou erg van mijn papieren boeken. Maar de voordelen van zo’n apparaat zijn niet te weerleggen en ik ben er erg blij mee. Honderden boeken beschikbaar in een apparaatje dat maar een beetje groter is dan mijn telefoon, hoe heerlijk! Ik sleep hem overal mee naar toe. Maar een beetje bloot was hij wel, zo los in mijn tas tussen sleutelbossen en stof.

Ik naaide een hoesje. Van een restje jeans, met een tussenvoering van zacht schuimrubber.

En Schots geruite wol van binnen. Kijk toch eens hoe zoet hij er in slaapt…

Retourtje Parijs

Omdat we beiden lapjes te weinig hebben gingen Martine en ik een dagje naar Parijs. In de stoffenwinkels van Montmartre hoopten we onze bescheiden collectie wat uit te breiden en inspiratie op te doen. We begonnen bij Janssens & Janssens. De prijzen in deze winkel overtreffen onze koopkracht (en ons gezond verstand) maar leuk is het wel, een geborduurde zijden crepe van 284 euro per meter van dichtbij te bekijken.

De inspiratie kwam ook uit diverse etalages waar we langs wandelden, deze bijvoorbeeld.

Toen we aldus helemaal geïnspireerd in Montmartre arriveerden bleek ongeveer de helft van de stoffenwinkels dicht. Hoewel niets daarover op de diverse websites vermeld werd… gelukkig was Tissus Reine wél open.

Op zichzelf de reis al bijna waard. Ze verkopen een grote collectie prachtige materialen en, erg leuk, op elke tafel staan etalagepopjes op halve schaal met kleding gemaakt van de stoffen waar ze bij staan. Ik sloeg mijn slag met poplin voor overhemden en een mooie voeringstof. De vriendelijke coupeur die het voor me van de rol knipte vertelde ook dat de gesloten winkels Jom Kipoer vierden. Een Joodse feestdag (Grote Verzoendag, wat we alleen maar kunnen toejuichen) en de gesloten winkels hebben dus een Joodse eigenaar. Dat wisten we niet. Maar aan het deel van de winkels dat wél open was beleefden we ruimschoots genoeg winkelplezier. Martine vond een lap echte zijde, zo mooi dat ze het waarschijnlijk eerst een paar maanden thuis aan de muur hangt, ik kocht nog garen en band en naalden. We stortten om half vijf met brandende voeten en volle tassen op een terrasje bij Gare du Nord, waar een uurtje later onze trein naar huis weer zou vertrekken. Pas daar dachten we er aan nog een foto van onszelf te maken.

Dat was een gezellige dag.

 

Je bent nog niet klaar als je naar huis gaat*

Ongeveer de helft van onze tuin bestaat uit grasveld met fruitbomen, we hebben zes appelboompjes. Waar de kersen door ongedierte verloren gingen en de peren als gevolg van de droogte niet groter dan een walnoot werden, hebben de appelbomen het kennelijk geweldig naar hun zin gehad.

Tas na tas slepen we naar huis. We hebben moesappels, Schone van Boskoop. We hebben Elstar en nog een handappel waarvan ik niet precies weet welke soort het is. Het is een erg lekkere zachtfrisse appel met een dikke schil en wit vruchtvlees dat helaas wel makkelijk kneust. Thuis worden ze eerst gesorteerd: de appels met rotte plek of de verdenking van een illegale inwoner worden eruit gehaald en als eerste verwerkt. Als de schade te erg is worden ze aan de kippen gevoerd, die zijn niet zo kritisch. Appels die erg klein zijn worden appelsap.

De mooiste mogen op de fruitschaal. En dan zijn er enkele tientallen kilo’s over.

Ik droogde er een stuk of wat, in de oven. Ik bestreek elk plakje met citroensap, reeg ze aan satépennen en liet ze een uur of zes in de oven op 55 graden met de deur op een kiertje.

Lekker en goed houdbaar. Dat kunstje herhaal ik nog wel een keer.

Ik verwerkte een stuk of veertig appels -elstar en de andere soort door elkaar- volgens dit recept van Diana. Wat een goed idee om ze op deze manier te bewaren! Dat leverde tien grote potten vol appelstukjes op. Ik had meer dan een liter van het wijn-suiker-citroensap mengsel over, dat deed ik bij de tien liter “gewone” appelcompote die ik maakte van de moesappels. Daar heb ik geen foto van gemaakt, maar daar kun je je vast wel iets bij voorstellen. Nu zijn alle grote potten die ik in huis heb gevuld, de kastplanken buigen door onder de last.

Vanavond aten we eendenborst met gekaramelliseerde appelstukjes, geflambeerd met calvados. Als toetje hadden we appeltaart, die ik tussen de bedrijven door ook nog bakte. Eerlijk gezegd kan ik na vandaag geen appel meer zien… maar er staan nog stééds twee grote tassen met appels in de bijkeuken.

*dit wordt altijd op dreigende toon tegen beginnende tuinders gezegd en het zijn -zie bovenstaande- ware woorden. 

Ratatouille

De oogst uit onze volkstuin bestaat deze dagen regelmatig uit precies de ingrediënten voor ratatouille. Dat is een fantastische groentestoofschotel én een leuke film waarin het gerecht een sleutelrol heeft. Overigens zijn tomaten een essentieel onderdeel van de ingrediëntenlijst, en juist die waren bij het plukken van bovenstaande mise-en-place helemaal op. Gelukkig had ik eerder een heleboel tomaten tot saus verwerkt die ik kon inzetten

Ik maak het met wat voorhanden is, de ene keer zit er meer paprika in, de andere keer meer courgette, alleen de olijfolie komt niet uit eigen tuin. Het kan gewoon in een pan of in de oven gemaakt worden en het smaakt naar zomer en naar de Provence. En het laat zich goed invriezen, voor als we van de winter weer eens heimwee hebben naar de warme nazomerdagen.

Chapeau, chapeau!

Op vakantie nam Echtgenoot Yep het grootste deel van het autorijden voor zijn rekening. Eigenlijk reed hij alles, behalve die ene keer terug naar de tent van een restaurantje, toen hij wat meer had gedronken en ik wat minder. Ik gebruik al die passagierstijd om te breien. Ik had, voordat we vertrokken, samen met YvonneP vijf breiwerken geselecteerd die mee mochten. Dat was natuurlijk wel erg ambitieus…. er werden twee mutsen voltooid.

Ten eerste een wurm. De vijfde of zesde denk ik, ze zijn prettig om te breien, min of meer op de automatische piloot. En ze zijn leuk om te dragen, hoewel ik natuurlijk maar één hoofd heb, en dat hoef ik niet al te vaak warm te houden…. vijf min of meer dezelfde mutsen is wel een béétje raar. Maar goed. Deze maakte ik van een effen grijze wol gecombineerd met een langzaam van blauw naar paars verlopend garen, beide van het merk Kauni. Ik heb nog genoeg van beide kleuren voor een bijpassende sjaal.

En ik maakte een Brackish hat van een “kit” van Stephen en Penelope. Fijn, zo’n kit: er zit een patroon in, en precies genoeg garen. Leuk ding, niet?

De minderingen bovenop de muts maakte ik eerst volgens de werkbeschrijving maar ik vond het erg lelijk. Ik haalde het weer uit en maakte een gladde bol met de minderingen in een zeshoek.

Daarvoor had ik dus net weer te weinig blauw garen (tja, wees eigenwijs en betaal de prijs) dus gebruikte ik nog een stuk van het grijze garen waar ik wel wat van over had. Ik maakte een pompon wat ik sinds de kleuterschool (van de Vrije School) niet meer gedaan had, en monteerde hem er op. Ik ben dik tevreden!

Frankrijk op herhaling

We gingen op vakantie naar Frankrijk

Eerst een nachtje in Lyon

Daarna het campingleven aan de Middellandse Zee

We gingen ook eens kijken bij een erg druk strand. Het is wel te begrijpen waarom het er zo druk is… het is erg mooi in Cassis.

Op de terugweg verbleven we nog anderhalve dag in Straatsburg. Wat een mooie en verrassende stad!

En véél te snel is het allemaal weer over en gaan we weer aan de slag.