Hoog op de schaal van Scoville
In de kas op onze tuin stond nog helemaal niks, want ja, er moest nog opgeruimd. Om tóch iets te hebben kocht ik -impulsaankoop, ik geef het toe- twee peperplantjes in de bouwmarkt. Niet echt in overeenstemming met het plan om alles zelf te kweken, want deze plantjes hingen vol met rijpe en bijna rijpe rode pepers. Na een week plukte ik al twee handenvol en nam ze mee naar huis.
Nu eten we niet zóveel verse peper, dus besloot ik deze oogst tot sambal badjak (gebakken sambal) te verwerken. Dat is te wecken en dan dus vrijwel onbeperkt houdbaar. Ik gebruikte naast mijn eigen pepers nog vier stuks uit de winkel, die ik met zijn allen tot pulp maalde in de keukenmachine. Ik bakte het samen met fijngehakte sjalotjes, een stukje trassie, wat gehakte sereh en bruine suiker in een ruime hoeveelheid olie. In het recept stond: Proef regelmatig of het al goed is, maar eerlijk, na de eerste keer proeven kón ik niet meer verder proeven. Onze bouwmarkt-pepers blijken ongelooflijk heet. Er bestaat een schaal – die van Scoville dus– waarop aangegeven wordt hoe heet een bepaalde soort pepers is, het werd ook aangegeven op de zakjes waaruit ik een paar weken geleden zaaide: één ervan telde 4000 en de andere 6000. Maar op de bouwmarkt-peperplantjes staat dat niet, daarop staat alleen “peper”.
De sambal is goed gelukt, echt. maar ik ga het niet eten. Misschien vind ik een echte liefhebber om het aan kado te geven.