Markt

Een of twee keer per jaar gaan wij naar Antwerpen, naar de markt. Vroeger was dat de vogeltjesmarkt, maar gelukkig mogen er geen levende dieren meer verhandeld worden, en toen werd het de Vreemdelingenmarkt. Ook wel een beetje raar, want je kon er geen vreemdeling (die verdwaald is zeker) kopen. Nu is het wederom omgedoopt, nu heet het de Exotische markt. Lang niet al het aanbod is exotisch, er is veel uit België. Zo kochten we er vandaag een kaas die Gentse Keizer heet, alleen voor de naam. Gelukkig is hij ook erg lekker.

Er zijn veel kramen met een mediterraan en midden-oosters aanbod, er zijn prachtige groenten-en-fruit uitstallingen, viskramen, een koffiebrander, sokken, messen, bloemen, brood en gebak en veel terrasjes waar een hapje en een drankje -midden op de markt dus- genuttigd kan worden.

Met tassen vol lekkers liepen we nog even naar de stadsfeestzaal, een prachtige locatie waarin -naast allemaal “gewone” winkels een heel prettige toko te vinden is, en daar werden de tassen nog wat zwaarder. Wat een leuke manier om de boodschappen te doen.

Voortbetalen

Collega A. had een mooie sjaal, maar er was een brandgat in ontstaan. Gelukkig was dat vlak bij de rand. Zelf naait ze niet, dus ze vroeg mij of ik een reepje van de sjaal af wilde halen en weer opnieuw zomen.

Natuurlijk wilde ik dat wel. Ze vroeg me hoeveel ze daarvoor moest betalen, maar dat is nu echt een lastige vraag. Natuurlijk is mijn tijd en expertise wel wat waard, maar A. is een aardige collega, ik doe haar graag een plezier. Dus ik zei wat ik in zulke gevallen zeg: Pay it forward. Oftewel, doe voor iemand anders iets aardigs, als de gelegenheid zich voordoet. Geïnspireerd op de film uit 2000 waarin een jongetje voorstelt dat als je iets goeds doet voor drie anderen, met als tegenprestatie dat zij dan ook weer iets goeds doen voor drie anderen, de wereld een betere plek wordt. Een kettingbrief-model, maar dan met goede bedoelingen. Daar zit wat in, vind ik altijd (hoewel het in die film dan weer niet zo gezellig afloopt, maar goed…. Dat is natuurlijk fictie.)

Mijn collega vond het ook een goed idee. Na deze uitwisseling fietste ze naar huis en zag onderweg een andere fietser ten val komen. Ze hielp de gevallene overeind, stelde hem gerust en constateerde dat de schade meeviel. Zoals ik al zei, Collega A. is een aardig mens, ik weet wel zeker dat ze ook te hulp was geschoten zonder mijn “betaalvooruit” verzoek. Maar ze zei dat ze er wel aan had gedacht, toen ze daarna naar huis reed. Dat jongetje uit de film had toch best een punt.

Visjes

Via de sympathieke app Too good to go bemachtigde ik een “verrassingspakket” bij een viskwekerij hier in de buurt. Hier worden Yellowtail Kingfish gekweekt -ook bekend als Amberjack- en zo te lezen (en te proeven!) doen ze dat goed. Een paar dagen daarvoor aten we in een restaurant waar dezelfde vissoort uit dezelfde kwekerij op tafel kwam, dat maakte nieuwsgierig.

Ik kocht twee filets en daarnaast het verrassingspakket dat bestond uit twee hele vissen. Dat was inderdaad wel wat verrassend, want het zijn géén kleintjes, anderhalve kilo per stuk. Het pakket paste maar net in de lade van mijn vriezer. Zondag liet ik er eentje ontdooien. Ik marineerde hem met citroen, knoflook en rozemarijn en stak plakjes citroen en reepjes laurierblad onder de huid.

Na tien minuten op de barbecue bij K:)dootje en haar meneer vormde het een top maaltijd voor vier.

Nattigheid

We gingen met de kinderen het pinksterweekeinde kamperen, in Gelderland. Het was er erg leuk, er was zwemwater en minstens twee ooievaarsnesten vlak bij. We gingen wat winkelen in Den Bosch, we speelden campingspelletjes en bakten pannenkoeken. Het weer zat niet helemaal mee, er waren véél buien, maar daar tussendoor ook zon.

We hadden de pech dat we onze tent op een lage plek in het terrein hadden gezet, de vloer voelde af en toe aan als een waterbed. We pakten een natte, modderige bende in. Maar terug in Zeeland was het droog, dus brachten we de tent naar onze volkstuin en zetten hem daar op om droog te waaien.

Daar staat hij toch ook wel erg leuk. Jammer dat kamperen op de volkstuin niet is toegestaan! Al met al was het fijn dat we, ondanks de nattigheid, toch zo’n leuke kampeertrip hadden. Regen, daar kunnen we blijkbaar best mee omgaan.

De oneindige bol

Op mijn werk komt elke woensdag de bloemist een boeket in een vaas of een bloemstuk brengen, voor op tafel in de wachtruimte. Dan neemt ze het bloemwerk van de week ervoor -natuurlijk nog niet verlept- weer mee. Vaak zitten er wat zijdebloemen tussen, of een kaars, of glazen elementen, dus dat wordt dan opnieuw gebruikt in de bloemenwinkel. Maar de echte bloemen gaan gewoon weg. Zonde, maar begrijpelijk: de bloemist heeft niets aan bloemen van een week oud. Dus tegenwoordig haal ik op woensdagochtend de “natuurlijke” bloemen uit het bloemstuk en knutsel daar een kleiner boeketje van voor op tafel in onze personeelsruimte.

Zo kwam half oktober 2024 een amaryllisbol met 10 cm steel en een dikke knop uit een bloemstuk, waar de bloemist geen bestemming meer voor had. Ik nam de bol mee naar huis en zette hem in een schaaltje op de vensterbank. Kleindochter K kwam logeren en was wel benieuwd wat daar nu uit zou komen.

Eind oktober was ze weer thuis en appte ik deze foto aan haar vader, om de bloemen aan haar te laten zien. Maar dat was pas het begin. Na deze stengel met zes bloemen volgde er nog eentje met zes, en daarna nog eentje met vijf. Zeventien van die grote bloemen uit één bol! Het was prachtig. Diep onder de indruk besloten we te proberen de bol over te houden tot volgende herfst. Daarvoor zijn online goede handleidingen te vinden. De bol werd opgepot en op een koelere, lichte plaats gezet zodat hij bladeren kon vormen, waarmee hij dan de zomer door kan. Er kwam inderdaad een klein puntje blad, maar ook…

Nóg een stengel met vier bloemen. Verbazingwekkend. Ik heb even gezocht of er ergens een record beschreven is, maar niets gevonden. Dit is beslist een kampioensbol.

Voodoo

Wij kwamen terug van een paar dagen kamperen met de familie, aan de Maas. Het regende een middag en avond, maar daarbuiten was het mooi weer. Onze nieuwe tent bleek bijna geheel waterdicht. We wandelden in het bos, we gingen uit eten bij een bierbrouwer en we speelden Kubb. We zwommen ook even in de Maas, een sur place tegen de stroom in was het hoogst haalbare. Het was een heerlijk weekeinde. Maar, dus, toen kwamen we terug thuis en in de achtertuin dacht ik even dat ik de kippen misschien niet goed verzorgd had achtergelaten. Er hing een nare lucht. Het gebeurt wel vaker als het stevig geregend heeft dat je in de buurt van de kippenren iets van een mestgeur ruikt (signaal om de bodembedekking weer aan te vullen), maar dit was echt wat anders. Het vloog me bij de poort al in de neus en het was eeeh… niet bepaald kippig te noemen.

Pas na een half uurtje zag ik het: De voodoolelie bloeide. Best mooi en onverwacht. Ik snap hoe hij aan zijn Nederlandse naam komt, het ziet er erg ongewoon uit, de bloem is groot en er is nog geen blad bij. Dat is nog eens wat anders dan een madeliefje. En het stinkt dus enorm. Een dag later was de stank weg en de bloem verlept.

Een kloddertje roze hier…

Enkele maanden geleden ontdekte ik dat het bekende “schilderen op nummer” óók kan met een foto die je zelf opstuurt. De computer verandert je afbeelding in een canvas met genummerde vakjes en vereenvoudigt het tot 24 kleuren. Dan krijg je dat canvas en 24 genummerde potjes verf toegestuurd, met een setje kwastjes erbij en kun je aan de slag. Wát een leuk idee! Ik wist meteen een paar mensen die ik een set cadeau kon doen met een zelf te schilderen portret van hun eigen huisdier (K:)dootje) of dochter (Schoondochter J).

Maar eerst wilde ik ervaren wat ik ze aandeed met dit cadeau, dus bestelde ik een set met een vrolijk boeket bloemen om het zelf te proberen.

In de twee weken daarna voelde Echtgenoot Yep zich waarschijnlijk ‘s avonds wel eens wat alleen, want ik zat op mijn kamer blobjes in te kleuren. Het was meditatief -als ik dat versleten woord kan gebruiken-, net zoiets als het leggen van een grote puzzel.

Alle drukte in het hoofd werd wat ruis op de achtergrond, ik luisterde al schilderend naar een niet-al-te-ingewikkeld luisterboek in Agatha Christie stijl of naar saxofoonmuziek en had het prima naar mijn zin. Ik vond het bijna jammer toen het af was! De pret was meer het maken dan het resultaat (net als bij die grote legpuzzel). Maar het eindresultaat is érg vrolijk.

Ik plakte het op het raam van de garage en moet daarom elke dag glimlachen als ik mijn fiets pak. Daarna bestelde ik een nog-te-schilderen portret van Joep voor K:)dootje, en eentje van Kleindochter K voor haar moeder. En omdat het drie voor de prijs van twee was, ook nog een ander bloemenschilderij voor mijzelf. Maar die laat ik voorlopig in de kast. Denk ik.

In één keer raak

We waren in een buitensportwinkel. Ik wilde graag een zogenaamde outdoorjas, met uitneembare warme voering en een capuchon. Niet zo’n doorgestikt slaapzakmodel, niet te lang, liefst níet grijs, donkerblauw of zwart en liefst wél van het soort dat een paar jaar mee kan. Dat is best lastig te vinden voor een dame van mijn formaat.* Nu moet je weten, ik hou niet zo van winkelen. Het is altijd te warm in winkels, de ene maat XL is heel wat anders dan de andere, dus sta ik zwetend en ongelukkig het ene na het andere te kleine kledingstuk aan te sjorren in een paskamer met ongenadig TL licht. Ik hoef van mezelf helemaal niet mooi en slank te zijn, maar dit wrijft het er wel erg in… ik wil meestal zo snel mogelijk weer weg. Ik maak mijn kleren liever zelf.

Maar ik moest dus echt een jas. Echtgenoot Yep was mee voor de morele steun maar misschien bracht hij ook geluk want de eerste jas die ik zag hangen was ook de beste. Paste prima, mooie kleur saliegroen, uitritsbare warme binnenjas. Wat een meevaller!

In dezelfde winkel stond ook een paar Echt Goeie Wandelschoenen met een kortingkaartje, ik paste ze en ze zaten prima. En ook dat is iets heel bijzonders, want met schoenen doe ik nog moeilijker dan met andere kleren. Ik heb een eisenpakket wat betreft breedte, hoge wreef, rare knobbelteen, maximale hakhoogte, plaats voor extra zooltje… en deze zaten meteen goed. Heel bijzonder. Dezelfde dag liep ik negen kilometer op mijn nieuwe wandelschoenen met mijn nieuwe jas aan. Ik heb nog even overwogen een staatslot te kopen, het was duidelijk een geluksdag.

*zoals dat altijd gaat krijg ik, nu ik een goede jas heb, de ene na de andere reclame voor solide outdoorkleding voor grotere maten. Het bestaat dus wel!

De duvel heet Dulfer

In onze lokale muziekzaal ‘t Beest trad gisteren Hans Dulfer op.

Vroeger zag ik hem wel eens in Zandvoort op Jazz behind the beach of op Haarlem Jazz en dat was altijd feestelijk. Nu hij 83 is speelt hij nog steeds de pannen van het dak, ondersteund door een band die in talent niet voor hem onderdoet. Hoewel hij een barkruk erbij heeft en de bandleden (meer dan ik me van vroeger herinner) veel ruimte voor solo’s krijgen swingt het. Big time. Wat een leuke middag was dat.

Winterwerk

Vandaag, na een familiebezoekje gingen we nog even naar de tuin en legden karton en compost op het gras rondom de stammetjes van een paar fruitbomen. Het vel karton verteert langzaam, de voedingsstoffen uit de compost sijpelen er langzaam doorheen naar de wortels. En de zwarte compost zorgt ervoor de dat boomspiegel net iets warmer blijft als het wat kouder is. Ik maakte geen foto, maar het is een fijne gedachte dat we -tot nu toe- elke dag van 2024 naar de tuin zijn geweest. 🙂