Toen ik een jaar of wat geleden een goed passend, oud overhemd van Echtgenoot Yep uit elkaar haalde en de patroondelen overnam vond ik een goed herenoverhemd maken echt een ding. Maar oefening baart kunst, inmiddels vind ik eigenlijk dat hij alleen maar door mij gemaakte overhemden zou moeten dragen. Dat gaat niet lukken vrees ik, iets met tijd en hoe ik dat besteed… Nu ja.
Dus maak ik af en toe een overhemd als een soort van tussendoortje. Niet omdat ik het makkelijk vind -hoewel ik het een stuk beter kan dan toen ik die eerste maakte- want de kraag blijft een moeilijk geval. En alle stiksels moeten natuurlijk precies evenwijdig. Het fijne van overhemden naaien is dat het zo prettig hetzelfde is. Hoewel, nooit helemaal hetzelfde, in deze uitvoering maakte ik de binnenkant van de kraag en de manchet van een contrasterend stofje.
En ik maakte een tweekleurig mouwsplit-beleg, dat pakte prima uit. De stof, een dichtgeweven poplin met een mooie zachte glans, kocht ik een paar weken geleden in Parijs. Het kreukt wat makkelijk maar de kleur is prachtig, hoewel bij lamplicht moeilijk te fotograferen.
Ik borduurde deze keer geen initialen maar zijn alias op de binnenkant van de schouderpas. Het shirt staat hem prima, en hij heeft nog niet gezien dat het rechter voorpand een halve centimeter langer is dan het linker (oeps…). Maar wat wél hetzelfde is: zijn maat. Ik gebruik nog steeds hetzelfde patroon.