Er zijn van die gerechten waarbij je even moet nadenken wat er nu precies op je bord ligt. Varkenshaas bijvoorbeeld. En nasipeer. Vandaag kwam daar een nieuwe bij in ons huishouden: Een vlinderkip. Of meer precies: een gevlinderde kip. Met een wildschaar -en met hulp van Echtgenoot Yep- knipte ik een hele kip door aan weerszijden van de ruggegraat, duwde hem plat, en dat was dat. Daarna zette ik hem in de oven met kruiden, citroen en knoflook. De gedachte achter “gevlinderde kip” is dat het in deze vorm minder lang in de oven moet. Daardoor krijgen de borstfilets geen tijd om uit te drogen.
Het ziet er toch wat vreemd uit: kip met X-benen. Dat minder lang in de oven klopte wel, ik had een half uur, maar net genoeg tijd om de bijgerechten te maken. Het was erg lekker maar er is eigenlijk geen verschil met gewone, niet-platte kip. Die rooster ik op een wat lagere temperatuur met aardappelen, wortel en uien erbij in de braadslee. De hele maaltijd wordt tegelijk bereid, dat duurt een ontspannen uurtje waarin ik nog een pennetje brei of iets dergelijks. En achteraf hoeft alleen de braadslee te worden afgewassen. Het was een leuk experiment, maar er worden hier dus geen vlinders meer gekipt.
ah dank, het geheim van de open kip is dus de bereidingstijd. hier heet het spatchcock en het is heel populair. nu snap ik eindelijk waarom ik hier alleen “overreden” kippen geserveerd zie 🙂